Eurydice - 1966-09-12

Jij splijt mijn hart in tweeën
ALGEMENE INFORMATIE
Onderdeel van "Jij splijt mijn hart in tweeën" een Instruktieprogramma bestaande uit fragmenten van toneelstukken.

Door het hele land werd de fantastische zanger Orpheus geprezen. Hij was de zoon van koning Oiagros van Thracië en had van zijn moeder Calliope de gave van de zang geërfd, waarmee hij alle mensen in vervoering bracht. Apollo schonk hem een lier en wanneer Orpheus zijn gezang liet horen, kon niemand de goddelijke macht ervan weerstaan. Alle dieren in de natuur, maar ook de bomen en zelfs de stenen bracht de zanger in beweging. Hij kon zijn geluk niet op toen hij de nimf Eurydice trouwde.
Het geluk was van korte duur. Toen de nimf achternagezeten werd door Aristaios, die haar wilde aanranden, werd zij door een adder gebeten. Het was een kleine wond, maar uiteindelijk stierf ze eraan. Orpheus kon zich echter geen leven zonder Eurydice voorstellen. Hij zong een klaaglied en tam omringden de wilde dieren hem en de bomen hielden hun ruisen in.
Orpheus bedacht een ongekend plan. Hij zou in de onderwereld neerdalen en de heerser over de schimmen smeken zijn echtgenote aan hem terug te geven. Bij de poort die naar de onderwereld leidde, daalde hij af. Eens bij de troon, waarop Hades met zijn vrouw Persephone als heerser over de doden zetelde, nam hij zijn lier en begon te zingen.
Toen gebeurde er in de onderwereld iets unieks. De schimmen luisterden naar de liefelijke klanken en weenden. Tantalus vergat zich, zoals hij wel gewoon was, te buigen naar het steeds terugwijkend water. De Danaïden dachten er niet meer aan de zeef te proberen te vullen. Sisyphos zat op de steen die hij telkens tegen een berg moest optorsen. Ook het koningspaar was diep ontroerd en besloot Eurydice weer met hem te verenigen, op één voorwaarde: Orpheus mocht niet naar zijn geliefde omkijken, voor ze het zonlicht hadden bereikt.
Zo liepen ze naar boven, Eurydice achter Orpheus, maar tegen het einde van de reis, kon Orpheus de verleiding niet weerstaan. Hij keerde zich om en zag hoe zijn geliefde naar beneden werd getrokken om diep onder de grond als schim te verblijven, maar nu voor eeuwig.
Intens verdrietig keerde Orpheus terug naar zijn vaderland. Drie jaren verstreken en Orpheus zonderde zich steeds meer af. Niemand werd zozeer door de nimfen gehaat als hij, omdat hij van geen liefde voor vrouwen meer wilde weten (volgens Ovidius' Metamorfosen wijdde Orpheus zich exclusief aan de jongensliefde). Op een fatale dag kwam zelfs een groep Maenaden op Orpheus af, al roepend: "Daar is hij, de vrouwenhater, die niets meer van ons wil weten" en blind van haat scheurden zij Orpheus levend in stukken.
Orpheus' ziel zweefde omlaag naar het schimmenrijk, waar hij Eurydice omhelsde en sindsdien samen gelukkig lopen over de Elysische velden. En telkens als hij eens vooruitliep, mocht hij ongestraft naar zijn geliefde omzien.
BEZETTING
Première : 12 september 1966 - Studiozaal Schouwburg, Tilburg
Auteurs : Vergilius
Regie : Ben Aerden
Decorontwerp : Lukas Smits
Muziek : M. Casbergen
Inspiciënten : Leo Schoenmakers
Alleen voor niet commerciële doeleinden mag materiaal van Proloog worden gedownload en vermenigvuldigd. Bij twijfel over het gebruik of bij commercieel gebruik dient eerst contact opgenomen te worden met: proloog@toneelwerkgroepproloog.nl   Bij gebruik van fotomateriaal voorzien van naamsvermelding dient deze te worden toegepast.